Heelal verkennen deel 4

Pagina top navigatie elementen

Heelal

Verkennen deel 4

Transcript

LEERLING: De zwaartekracht duwt je echt helemaal naar beneden.
LEERLING: Ja. En in de ruimte hebben ze geen zwaartekracht en dan vlieg je gewoon door de lucht.
LEERLING: Ja. En we weten nu ook welke planeet het dichtst bij de zon is of welke het allerverst van de zon afligt, en de planeet die het allerdichtst bij de zon ligt is Mercurius, en het allerverst is Pluto. En nu mag jij weer vertellen.
LEERLING: En de kleinste planeet die draait het allersnelste, en die gaat ook het allersnelste om de zon heen.
LEERLING: De aarde draait…
LEERLING: Om de zon…
LEERLING: Eén jaar draait ie om de zon en die maan draait ook dan om de aarde heen. Zo.
LEERLING: En in en en een nacht een en eh dag dan heb je al een dag en het duurt ehm ik ben het vergeten.
LEERLING: Nou kijk hij bedoelt ehm.. in een dag heeft de heeft de aarde al een rondje gemaakt, dat bedoel je hè?
LEERLING: Ja.

LEERKRACHT: Dat is Saturnus dus jij bent (…)
LEERLING: Nee dat zijn steentjes.
LEERKRACHT: Oh dit zijn de steentjes, jij bent slim (…)
LEERKRACHT: Hé, ik kan goed zien op die van jou, Owen kom er eens bij? Er wonen mensen, en ze hebben eten, en er wonen dieren bij jou? Op jouw fantasieplaneet?
LEERLING (knikt)
LEERKRACHT: En wat is dit dan nog even?
LEERLING: Water.
LEERKRACHT: Water. Plekjes met water.
LEERLING: En dit is land.
LEERKRACHT: En dit is land. Dus niet overal kunnen ze leven. Nee. En waarvoor had je die ring gemaakt?

LEERKRACHT: Veelal wel enthousiast, maar ik merk dat omdat het een hele vrije opdracht is, dat ze het wel heel moeilijk vinden van wat heb ik nodig, en waar ga ik beginnen, en… sommige kinderen gaan met hun fantasie compleet eh aan de haal en die willen er een poppetje van maken, nou dat was niet helemaal het lesdoel wat ik eh, hoe ik het begrepen had. Dus ik denk- ik denk wel leuk, maar voor sommigen omdat het zo vrij is ook wel moeilijk. Maar goed als we kijken wat er allemaal staat denk ik van nou, ik denk dat ze er allemaal wel plezier aan hebben beleefd.

Omschrijving

De leerlingen vertellen over hun fantasieplaneet en over wat ze geleerd hebben in de lessen over het thema heelal. Ze gebruiken hier cognitieve taalfuncties. Lees hier over hoe je cognitieve taalfuncties bij leerlingen kunt uitlokken en hoe je feedback kunt geven op taaluitingen

Lesbeschrijving gehele lessenserie Heelal

Kijkwijzer

1) Aan het begin van het fragment beantwoorden twee leerlingen de vraag ‘Wat heb je geleerd over de aarde?’. Hoor je dat de leerlingen verschillende cognitieve taalfuncties gebruiken en elkaar daar ook in ondersteunen? Je kunt hierbij denken aan vergelijken, oorzaak-gevolg relaties leggen en concluderen.

2) In dit fragment bespreekt de leerkrachten goede voorbeelden van leerlingwerk (vanaf 1:11). Zie je hoe ze ruimte biedt aan de leerling om te vertellen wat hij gemaakt heeft?

Opdracht
Aan het eind van het fragment (vanaf 1:47) geeft de leerkracht aan dat ze de opdracht achteraf gezien erg (te?) vrij vond voor de leerlingen. Bedenk met elkaar hoe je de opdracht meer structuur kunt geven zonder afbreuk te doen aan de eigen creativiteit van de leerlingen.

lesfasen